zondag, augustus 19, 2007

Bouwmarkt



Ik kom graag in bouwmarkten. En ik ben niet de enige vrouw, las ik vorige week in de krant.
Dames schijnen de bouwmarkt te hebben ontdekt als shoppingparadijs. En daarom is de omzet van bouwmarkten de afgelopen jaren weer gestegen. Het zal ook wel aan andere dingen hebben gelegen, maar wij vrouwen schijnen de Praxis, Karwei en Gamma van de ondergang te hebben gered.
Dat hebben ze deels ook aan zichzelf te danken, want het assortiment bestaat niet alleen meer uit saaie wc-potten, gipsplaten, rioolbuizen en hamers. Een beetje zichzelf respecterende bouwmarkt heeft minstens een kwart van de zaak vol staan met knusse dingen, zoals kussens, kinderlaarsjes, tafelkleden, vuurkorfjes en lounchebanken.
En dat vinden vrouwen leuk, blijkbaar. Ik in elk geval wel, geef ik ruiterlijk toe. Ik vind het zelfs best gezellig. In die bouwmarkten. Okay, dat laatste is niet helemaal waar, maar als je ergens maar vaak genoeg komt, past je geest de werkelijkheid een beetje aan. In mijn favoriete bouwmarkt kom ik zelfs zo vaak, dat ik het personeel al bij de naam ken. Nog even, en ze nodigen me uit op hun verjaardag.
Omdat ik vrouw aan huis ben in de bouwmarkt, weet ik ook alles te liggen. Verf, mengmachine voor de verf. Latten. Schroeven. Lampjes. Zaag. En sinds kort weet ik ook waar de haakse slijpers liggen. Pardon? Juist, de haakse slijpers.
Dat zijn een soort kleine flex-jes. Kleine machientjes met een slijpschijf erop. Heel handig voor het doorsnijden van stalen bedrading in betonnen vloeren. Heel toevallig was dat precies hetgene wat er bij ons moest gebeuren. Aangezien we nog niet zo'n haakse slijper hadden, hebben we er één gekocht. Van het merk 'Skil'. Niet de duurste, maar ook niet de goedkoopste.
Feike, die ons gisteren hielp, mocht de Skil als eerste uitproberen. Een hele eer. Nadat hij twee of hoogstens drie dikke stalen draden had doorgeflext, hield de Skil ermee op. Gewoon, zoals ik het zeg. Hij deed niets meer. En het lag niet aan de stroom. Dat heb ik gecheckt. De Skil had er geen zin meer in.
Lullig natuurlijk, maar niet erg. Om twee redenen: overbuurman Jan had nog een haakse slijper die het wél deed (merk Bosch...). En ik heb nu een goed excuus om morgen weer naar de bouwmarkt te gaan. Met de Skil, en het bonnetje. Hoera. Kijken of er nog nieuwe kaarsjes zijn!

Fanatiek


Goed nieuws. We worden fanatiek. Dat waren we de afgelopen anderhalf jaar natuurlijk sowieso wel. Anders stond er nu niet een huis. Maar het is toch anders.

Het is een beetje vergelijkbaar met de periode net nadat we ons krot hadden gekocht. Als halve wilden gingen we toen aan de slag. Vrolijk om half zeven ’s ochtends er al uit op zaterdag, enthousiast broodjes smeren, fluitend de werkkleding aantrekken, zingend de boel slopen. Dat soort werk.

Hoe anders ging het de afgelopen maanden. Chagrijnig op staan om half acht, moe koffie zetten, langzaam op gang komen, zoveel mogelijk smoesjes verzinnen om maar niet te hoeven verven, eerder stoppen dan gepland, en vaak op internet kijken naar leuke reisjes.

Natuurlijk, op sommige dagen was het klussen best leuk. Maar de meeste dagen had ik vooral zin in andere dingen. Het maakte eigenlijk niet uit wat, zolang het maar niets te maken had met hamers, gips, de stort of stof.

Sinds afgelopen zomervakantie is dat - gelukkig - anders. We waren van plan weg te gaan, maar uiteindelijk hebben we drie weken lang gewerkt aan het huis en de tuin. Daardoor schoten we enorm op. En daardoor werd langzaam duidelijk dat we onze planning – eind dit jaar klaar – wel eens zouden kunnen gaan halen. En dat gaf en geeft mij, burger, weer moed.

Sindsdien heb ik weer zin in woensdag en zaterdag, de klusdagen. Ik verheug me er zelfs op. Bedenk de avond van te voren wat ik zal gaan verven. Eenmaal vervende, geniet ik gewoon. Neurie ik af en toe een deuntje, of zing vals mee met de liedjes op de radio.

Mijn fanatisme gaat zelfs zo ver, dat ik na afloop telkens heel trots en heel lang en met een hele grote grijns het pas geverfde stukje dakgoot, kozijn of deur bekijk. Nee, bewonder.

Maar het kan nog erger. Vandaag heeft mijn fanatisme zijn (of is het haar) voorlopige hoogtepunt bereikt. Vriendin Ingrid en ik waren gisteren bezig geweest met het verven van het verandaplafond. Maar we hadden de klus niet af gekregen. En voor het eerst sinds tijden ergerde ik me daar aan. En Wilfred ergerde zich met mij. Zo erg, dat we het plafond vanmorgen hebben afgemaakt. Op zondag! Onze heilige rustdag.

Blij dat ik was. Trots. Maar ook achterdochtig. Want eigenlijk kan dit helemaal niet, moeten we het klussen na 20 maanden spuugzat zijn. Misschien ligt het aan de verf. Werken die giftige dampen als een soort speed. Waar je helemaal fanatiek van word. Prima. Doe mij er nog maar wat van.

dinsdag, augustus 07, 2007

Keuken kopen


Ons huis is nog niet af, maar onderdelen van de keuken hebben we al binnen. Vorige maand is de afzuigkap bezorgd, een week geleden kwamen gootsteen, fornuis, vaatwasser en oven. In oktober volgen de kastjes en ladeblokken, en als afsluiting arriveert het aanrechtblad rond november.

Dat komt zo. We wilden het liefst een complete keuken kopen. Gewoon, zoals de meeste mensen doen. Ben je in één keer van het gezeik af. Maar na een jaar keukenzaken bezoeken, hadden we nog niets gevonden dat mooi én betaalbaar was. Dat eerste was het probleem niet, dat tweede des te meer.

Omdat de bouw van alleen het huis al bergen geld kost, is er niet zoveel meer over voor de keuken. Een luxe Bulthaup zit er voor ons niet in, eerder iets van de Keukenconcurrent. Maar daar dragen de verkopers van die foute pakken en schoenen, en hebben ze van die ranzige verkooptechnieken. Zo wilden ze ons bij Brugman ‘van de markt kopen’. Sorry? Wat? ‘U krijgt de keuken mee voor 12.000 euro, maar dan moet u nú wel uw handtekening zetten onder het koopcontract’, legde de amper volwassen verkoper uit. Ik kwam niet meer bij.

We besloten daarom de keuken zelf te gaan opbouwen. Als we een huis kunnen bouwen, dan toch zeker ook wel een keuken. Op internet kochten we apparatuur, wat honderden euro’s scheelt. Via de gouden gids vond ik een aardige timmerman die voor een leuke prijs een mooi houten aanrechtblad maakt. Bij een Deense keukenzaak (ja, toch) bestelden we kastjes, ladeblokken en een kraan. De installateur gaat de boel monteren. En dat allemaal binnen het budget.

Het klinkt eenvoudig – en echt moeilijk was het ook niet – maar jeetje, wat een tijd kostte het! Echt uren hebben we op internet gesurft op zoek naar de beste apparatuur voor de beste prijs. Uren hebben we gemaild, gebeld en onderhandeld met timmermannen (en eerst ook nog met betonboeren, omdat we een betonnen aanrechtblad wilden). Uren hebben we nagedacht over de juiste maat, kleur en merk van de kastjes.

Pas eind juni waren we eruit. Hadden we alles besteld, alles besloten. Ik weet nog hoe blij ik toen was. Alsof er een enorme bulldozer van mijn schouders werd gehaald, zo bevrijd voelde ik me.

Het enige wat we nu nog moeten doen, is geld overmaken en wachten tot de boel bezorgd wordt. Dat gaat me wel lukken.