dinsdag, februari 27, 2007

Mannen op de bouw






Hoe vervelend het klussen soms ook is, er is altijd één lichtpuntje: de mannen op de bouw!
Toegegeven, de één is leuker (om naar te kijken) dan de ander en sommigen hebben meer tekst dan hun collega's, maar het blijven kerels.

Natuurlijk hebben ze niet allemaal de gespierde torso's en knappe koppen van de tuinmannen en timmermannen in Desperate Housewifes of Sex in the City. Net zoals die acterende hunks geen Friese accenten hebben, of hangsnorren, bierbuiken, matjes of armen vol tattoos van naakte vrouwen.

Maar afgelopen zomer tijdens de hittegolf was het wel even serieus genieten. Shirtjes gingen uit, lange broeken werden verruild voor afgeknipte jeans. Beetje zon erop en hup, de zwetende lijven en sterke armen glommen me tegemoet. Ik had maar weinig fantasie nodig om me op de set van een vrouwenserie te wanen. Voor één keer hing ik niet de feminist uit en schonk ik met alle liefde limonade, koffie of biertjes in voor 'mijn' mannen. Voor één keer had ik even geen hekel aan klussen. Voor één keer was ik blij met de klimaatveranderingen.

Zolang het huis nog niet af is, mag het voor mij elke dag wel 30 graden zijn. Mannen hebben rokjes en jurkjes om naar uit te kijken. Ik bouwvakkers.

Rug


Zo heb je een oprit vol isolatiemateriaal, en zo heb je een zere rug.

Afgelopen week leverde een bouwbedrijf een flinke bestelling bij ons af: 50 pakken rockwool en 400 meter houten vullatten, zoals die dingen heten. De chauffeur - een man met een grote fleecetrui en vriendelijke lach - zette het materiaal netjes op onze oprit. Een half uur werk had hij eraan. Nog een beetje zwetend kwam hij bij me aan tafel zitten. We praatten wat over de kantoorboekhandel die hij vroeger had, en dronken samen een kopje koffie. Zo gaat dat. Toen ging hij weer; hij had nog een ritje naar Rotterdam.

Het was voor het eerst sinds maanden dat er zo'n grote bestelling werd afgeleverd. Vorig voorjaar stond er elke week wel een vrachtwagen voor de deur. De een nog groter en nog met meer vracht aan boord dan de ander. De oprit stond permanent vol. En als we 'm weer eens leeg hadden gehaald, duurde het nooit lang voordat de een of andere machine, container of stapel gipsplaten het pad naar de voordeur weer blokkeerde.



We waren eigenlijk voortdurend aan het sjouwen met zwaar materiaal. Niet zo vreemd dus dat ik aan het einde van de zomer enorme rugpijn had en me bij de fysiotherapeut meldde. Na veel gekneed, gemasseer, geoefen en een partij steunzolen was de rugpijn in december weg. Tot afgelopen vrijdag die aardige meneer dat pakket rockwool kwam brengen.

Bij gebrek aan personeel bracht ik alle 50 pakken zelf de boerderij in, en dat geldt ook voor die vullatten. Behoorlijk zware jongens, trouwens. Ik zweette dus flink en voelde her en der wat spieren verzuren. Daarna isoleerde ik nog enkele plafonds. Ook een leuke klus voor rug en armen.

Na een hete douche had ik me 's avonds lekker op de bank genesteld met een glas wijn. Toen ging de telefoon. Ik stond op, maar bleef halverwege haperen vanwege de pijn in mijn rug. Een ouderwetse steek, vol erin. Voorzichtig ging ik weer zitten. En weg was de pijn. Totdat ik wat van de vloer wilde pakken. Huppatee. Weer raak.

Zo is dat sindsdien nog een paar keer gegaan. En ook een paar minuten geleden was het weer raak. Ik loop nu dus een beetje krom, en scheef ook. Sta wat onhandig op uit stoelen. Ga door de knieën als ik iets op moet pakken. Draai me heel langzaam om op bed. Allemaal niet praktisch voor een bouwvrouw. Morgen - woensdag, onze vaste klusdag - doe ik het voor de verandering daarom maar wat rustiger aan. Eén ding zal ik wel doen: de fysio bellen.

woensdag, februari 21, 2007

Isoleren




Hier, drie vrouwen op de bouw. Van boven naar onder: Ingrid, Tineke en ik. Allemaal bezig met hetzelfde kloterige klusje: Het isoleren van het plafond. Met rockwool. Voor degenen onder u die niet weten wat het is: isolatiemateriaal van steenvezels. Ideaal spul om je huis mee warm en geluid mee buiten de deur te houden.

Tot zover de positieve eigenschappen. Want werken met rockwool is echt een verschrikking, zo weet ik sinds kort. Mijn vriend had ik er al over horen klagen en hoewel hij geen typische klager is, vond ik toch dat hij zich wat aanstelde toen hij hoestend en met rode ogen binnen kwam lopen na een uurtje isoleren. Ondanks handschoenen en mondkapje.

Totdat ik zelf de rockwool mocht gaan aanbrengen in het plafond. Ik had al eens wat van dat spul in een muur aangebracht, maar daar had ik geen noemenswaardige verwondingen aan overgehouden. Dit was andere koek. Duw maar eens een strook van dat materiaal recht boven je hoofd in een plafond. Alleen de beweging al - 'boven je macht werken' - is extreem irritant.

Maar als er dan ook nog van die kleine rockwoolvlokken naar beneden vallen, is de lol er snel vanaf. Want die vezels mogen dan een natuurproduct zijn, echt natuurlijk voelt het niet aan als je ze beetpakt, in je oog krijgt of inademt. Meteen begint je huid te jeuken, je oog te prikken en je keel zo erg te irriteren dat je keihard moet hoesten.

Toch maar die overall en handschoenen aangetrokken, dat Michael Jackson-kapje opgedaan en die heel charmante veiligheidsbril opgezet. Als een soort chrirug annex CO2-lasser ging ik opnieuw bezig. De handen en keel bleven ditmaal jeukvrij. En de ogen begonnen ook niet te irriteren. Maar ik was wel op slag blind. Want na 1 seconde ademen via een mondkapje ging die bril direct beslaan. Druk dan dat isolatiemateriaal maar eens precies op de juiste plek in het plafond.

Ik en ook Ingrid en Tineke weten nu dus dat Wilfred zich niet aanstelde over het hoge irritatie-gehalte van rockwool. Een van de elektriciens vertelde dat er zelfs bouwvakkers-in-spé een ander vak hebben gekozen omdat ze allergisch bleken te zijn voor rockwool. Zover is het nog niet met mij. Nóg niet. Maar ik moet nog 50 pakken. Tegen de tijd dat ik die heb weggewerkt, ben ik dat wel.

zondag, februari 18, 2007

Exterieurtje




Na zoveel foto's van de binnenkant van ons huis, nu ook een paar exterieurtjes.

Zondag Rustdag



Het is zondag en dat betekent tegenwoordig Rustdag. Heel saai, heel burgerlijk, maar wel heel hard nodig in tijden van verbouwing. Op zondag klussen we per definitie niet. Tip van mijn schoonvader Henk. Die heeft al drie keer een huis gebouwd en spreekt dus behoorlijk uit ervaring. Hij kluste elke zaterdag en ook nog eens elke avond, maar op zondag bleven hamer en spijkers onaangeroerd. Dat was voor hem de enige manier om het bouwen twee jaar lang vol te houden. En dan nog was de zin er behoorlijk af aan het einde van de rit.

Ik vond zijn regel eerst wat overdreven. Wilde op zondag ook klussen. Dan schoot het tenminste wat op. Inmiddels weet ik beter. Zou ik niet anders meer willen. Ben ik veel te moe om nóg een dag in overall rond te rennen. Zondag staat daarom gelijk aan uitslapen, de krant lezen, een flinke wandeling maken en hangen op de bank. En in slaap vallen op diezelfde bank.

Maar helemaal bouwvrij is de zondag niet. Want tussen al dat gehang door doen we nog de bouwadministratie en maken we een rondje door de boerderij. Minstens een uur lopen we door het huis, om stil te staan bij wat we allemaal al hebben gedaan en te genieten van de vorderingen. En om vervolgens te kijken wat we de komende week moeten regelen.

Vandaag bijvoorbeeld moesten we uitrekenen hoeveel meter plafondschroten we bij moeten bestellen. Dat zijn smalle houten latten die we om de 60 centimeter aan de plafondbalken bevestigen. Daar kunnen we later de plafondplaten aan vastschroeven. We hebben al enkele honderden meters erdoor heen gejaagd, maar weer zijn de latten op. We hebben nog eens 400 meter nodig, ontdekten we na wat tellen.

Ook het isolatiemateriaal – een stuk of 100 pakken – is alweer bijna op en dus hebben we per kamer uitgerekend hoeveel rockwool er nodig is: Nog minstens 50 pakken! Kunnen we straks weer een middagje sjouwen. Verder hebben we de positie van de open haard bepaald. Da’s nog een heel gedoe, want de kachelpijp loopt dwars door de badkamer op de eerste etage. We zijn dus tig keer de trap op en afgelopen om te kijken of de pijp niet precies de badkuip gaat doorboren straks. Met behulp van twee pakken isolatiemateriaal – die moesten fungeren als haard – een centimeter en een gat in de vloer is het ons gelukt.

Verder hebben we gecheckt of Johannes en zijn collega-elektriciens hun werk goed doen. Of de lekkage op de tweede etage al is verholpen. Waar de spotjes in de badkamer moeten komen. En zo. Met een houtje (in plaats van papier) vol to do-dingen kwam ik de boerderij vanmiddag weer uit. Ik hoef me deze week niet te vervelen.